Vrouwen sneller dan mannen?
We weten niet beter dan dat mannen gemiddeld harder lopen dan vrouwen. Maar stemmen gaan dat vrouwen op termijn het gat met de mannen zullen dichten. Uiteindelijk zouden ze zelfs sneller kunnen lopen dan mannen op de lange afstanden.
Je loopt als een vrouw
Hardlopen is een eeuwenoude sport en is sinds de eerste Olympische spelen in 1896 een belangrijk onderdeel. Maar wist je dat in 1967 nog een vrouw van het parcours werd getrokken bij de Boston Marathon omdat deze alleen bedoeld was voor mannen? En wist je dat na de 800 meter voor vrouwen op de Olympische Spelen van Amsterdam in 1928 hardlopen werd geweerd van de Spelen tot 1960 omdat hun ‘reproductieve vermogen aangetast werd door zulke verschrikkelijke uitputting’. Pas in 1981 werden vrouwen officieel toegelaten tot marathons en ontstond er gelijkwaardige strijd tussen mannen en vrouwen.
Vrouwen op de Olympische Spelen in Amsterdam 1928 (links) en Katherine Switzer wordt van het parcours getrokken bij de marathon van Boston in 1967 (rechts)
Vrouw versus man
In 1985 presenteerde Nature een artikel waarin ze stelden dat vanaf 2000 vrouwen mannen zouden gaan verslaan bij langeafstandswedstrijden. Dit is niet gelukt, maar nog steeds wordt vanuit verschillende kanten geroepen dat vrouwen hardlopend uiteindelijk sneller zullen zijn dan mannen. Dit klinkt vreemd, want op de marathon is het verschil tussen de allersnelste tijden nog meer dan 11 minuten. Maar laten we het statistisch bekijken. Als vrouwen vrouwen mannen willen verslaan lukt dat volgens mij naarmate 1) ze de historische achterstand op de mannen weten in te halen en 2) de afstand van de wedstrijd langer wordt.
Het historische verschil tussen man en vrouw
Om te zien of vrouwen dichter bij de mannen komen heb ik gekeken naar het procentuele verschil tussen de wereldrecords die stonden in 1928, 1982 en 2014. Was het gemiddelde verschil in 1982 nog 29%, in 1982 was dit teruggelopen tot 12%. Vrouwen hebben dus vanaf het moment dat ze mee mochten lopen de achterstand op de mannen aardig verkleind. Alleen stokt de inhaalrace daar, want als we kijken naar de records van vandaag is het verschil nagenoeg op alle afstanden even groot gebleven. De tijden van de allersnelste man en vrouw zijn dus niet dichter bij elkaar komen te liggen.
Wat wel opvalt is de neergaande lijn die inzet vanaf de marathon. Is het verschil op de middenlange afstanden bijna 13%, op de marathon is het nog maar 9% en op de 100km slechts 5,5%. De hypothese dat vrouwen dichter bij de man komt naarmate de afstand langer wordt lijkt dus op te gaan.
Op de marathon blijven de mannen zich verbeteren
Het nadeel van bovenstaande grafiek is dat hier alleen de allersnelste tijden instaan. Om te corrigeren voor uitzonderlijke atleten heb ik ook de beste seizoensprestaties op de marathon over tijd geplot (zie onder). Dit vertelt hetzelfde verhaal als bovenstaande grafiek: vrouwen komen niet meer dichter bij de man op de marathon. Tegenovergesteld zelfs. De beste tijd bij de vrouwen is 2.15.23 gelopen in 2003, vanaf dat jaar is de trend van de beste jaarprestatie opwaarts en is er niet meer onder de 2.18.00 gelopen. Bij de mannen is er nog ieder jaar een kleine verbetering en is het huidige wereldrecord van vorig jaar: 2.03.23.
Supervrouwen op de ultrarun
Ten slotte is er nog het echt lange werk. Wedstrijden met afstanden langer dan een marathon staan bekend als ultrarunning. Een paar races hebben afstanden van meer dan 150km en ook nog eens enorme hoogteverschillen. Extreem zwaar. Maar juist daar doen vrouwen het recent heel goed. In september 2013 finishte Rory Bosio als eerste dame ooit in de top 10 (ze werd zevende) bij de Ultra-Trail Du Mont Blanc, een wedstrijd over 166km en met ca. 9600 hoogtemeters. En het verschil met de eerste man was ‘slechts’ vier uur, waar dit 10 jaar geleden nog meer dan tien uur was.
Rory Bosio: “The disparities become less apparent in endurance sports like ultrarunning. And the fact that women tend to place higher overall despite being proportionally way out numbered by men, also speaks to the strength of women’s running.”
Rory Bosio finisht als zevende tijdens de Ultra-Trail du Mont Blanc in 2013
Vrouwen blijken zo sterk om verschillende redenen. Ten eerste zouden ze mentaal sterker zijn dan de mannen, waardoor ze beter om kunnen gaan met de ontberingen op de lange afstanden. Ten tweede wordt gezegd dat ze beter zijn in ‘pacing’, oftewel het constant houden van je tempo. Hierdoor loop je dus zo efficiënt als mogelijk omdat je nooit hoeft te versnellen of te vertragen. Ten slotte zou het ontbreken van testosteron een rol spelen. Waar de man te vroeg wil pieken en dit op het eind vaak moet bekopen is de vrouw in staat haar energie goed te verdelen.
Een studie uit 2004 van Oxford University keek naar verschillen in tijd tussen man en vrouw op de 100m. Ze concludeerden dat als het verschil tussen man en vrouw op dezelfde manier bleef krimpen vrouwen in 2156 op gelijk hoogte kwamen met de mannen. Bovenste grafiek laat zien dat dit op de langere afstanden wel sneller bereikt kan worden. Als vrouwen de komende jaren massaal gaan mee doen en ultrarunning blijft groeien is het straks geen uitzondering meer dat Pam Reed de Badwater 135 wint, of dat Lizzy Walker in de top 20 eindigt bij elke race waar ze aan mee doet. Dan zijn vrouwen misschien wel écht sneller dan mannen bij het hardlopen.
Of volg me via: Follow